Fermenteren

Wat was er eerder: landbouw of fermenteren?

Fermenteren is bij toeval ontstaan. De mens ontdekte dat ‘bedorven’ producten lekker waren. En ook dat ze door fermentatie langer houdbaar werden.

Je kent meer gefermenteerde producten dan je denkt. Wat dacht je van: bier, koffie, wijn, kefir, zuurkool, yoghurt, kaas. Pas nadat fermenteren was ontdekt, ontstond het fenomeen landbouw. Omdat de verbouwde producten nu houdbaar gemaakt konden worden. Fermenteren is dus ouder dan Methusalem!

Fermenteren is het veranderen van voedsel door gebruik te maken van micro-organismen. Bacteriën, schimmels en gisten. In de westerse wereld zijn we bang voor bacteriën. Hygiëne lijkt soms wel een obsessie. En dat terwijl er maar een paar micro-organismen schadelijk zijn!

De mens heeft micro-organismen nodig om te kunnen leven. Ze beschermen tegen ziekten. En we hebben ze nodig om voedingsstoffen op te nemen. Een goed functionerend mens bestaat voor 10% uit menselijke cellen en voor 90% uit cellen van micro-organismen. Zo’n 1,5 kg aan bacteriën, schimmels en gisten dragen we met ons mee. Hiermee kunnen wij verteren. Wij kunnen voedsel verteren bij de gratie van bacteriën. De mens is daar zonder bacteriën niet toe in staat.

Industrialisatie maakt voeding steriel

De voedingsindustrie zoekt altijd naar middelen om zoveel mogelijk voeding te produceren, met een constante smaak en samenstelling, tegen een zo laag mogelijke prijs. Én het moet zo lang mogelijk houdbaar zijn. Zo werd sterilisatie ontdekt. Hierdoor worden producten langer houdbaar. Deze voorwaarden gaan echter ten koste van de voedingswaarde.

Sterilisatie bezorgde de mens angst voor ‘levende producten’, terwijl er niets natuurlijker is dan dat. Wetenschappers schatten in dat er zo’n 100 miljoen soorten micro-organismen bestaan. Slechts 8 daarvan worden als ziekmakend in onze voeding vermeld.

We realiseren ons vaak niet dat we bacteriën naar binnen moeten eten en drinken. Zo komen ze in ons spijsverteringskanaal terecht. En daar doen ze hun werk: ze helpen onze voeding omzetten in de stoffen die ons lichaam op kan nemen.

Wist je dat een baby bacteriën van de moeder meekrijgt, tijdens de bevalling? Soms wordt een baby met een keizersnede geboren. Pas na drie jaar is zijn of haar microbioom op het niveau is van een vaginaal geboren baby. Daarom krijgen deze baby’s tegenwoordig met een gaasje bacteriën van de moeder op het mondje gesmeerd.

Slechte voeding is inmiddels een wereldwijd probleem. Dit is o.a. op te lossen door terug te gaan naar kleinschaliger productie en terug te grijpen naar fermenteren als conserveermethode. En ja, dat is duurder dan grootschalig geproduceerde voeding. Maar denk eens na over de mogelijkheid: minder eten, maar dan wel iets goeds. Dan komen we in een win-win-situatie, want dit heeft ook invloed op onze welvaartsziekte ‘overgewicht‘!

Fermentatie is goed voor de gezondheid

Bacteriën verteren voedsel, zowel in onze darmen als in de buitenwereld (denk aan fermenteren). Ze breken levensmiddelen af tot moleculen, waardoor mens en dier de voeding makkelijker kunnen opnemen. Ook maken bacteriën vitaminen aan, breken ze gifstoffen (medicijnen!) af en versterken ze het immuunsysteem.

Op dit moment wordt er volop onderzoek naar het effect van gefermenteerde voeding op onze gezondheid gedaan.

Wat doet gefermenteerd voedsel voor ons

Lees hier verder over de invloed van fermenteren op onze gezondheid.

Wist je dat een baby geboren met een keizersnee een enorme achterstand heeft qua bacteriehuishouding? Pas na 3 jaar is dit vergelijkbaar met een baby die vaginaal is bevallen.

Een humoristische aflevering over fermenteren van Het Klokhuis

Hoe ziet een fermenteerpot eruit?